Er loopt nu een vrijwillig bestrijdingsprogramma, maar de Kamer wil een wettelijke bestrijding van IBR voor alle rundvee- en vleesveebedrijven. – Foto: Mark Pasveer RundveeNieuws

Kamer eist strenger beleid voor uitroeiing BVD en IBR bij rundvee

De Tweede Kamer wil strengere maatregelen om BVD en IBR bij rundvee uit te roeien, met verboden op handel en verplichte opsporing van besmette dieren.

De Tweede Kamer wil dat er steviger beleid komt om Bovine Virus Diarree (BVD) en IBR bij rundvee uit te roeien. Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer stemde voor twee moties van NSC/CDA om het beleid aan te scherpen. Alleen Forum voor Democratie stemde tegen de motie over de aanpak van BVD.

Strengere maatregelen tegen BVD

De Tweede Kamer wil dat er een verbod komt op de handel in dieren die BVD-drager zijn. Daarnaast wil de Kamer dat bedrijven met melkvee, vleesvee en natuurgrazers, hobbydierhouderijen en dierentuinen waar BVD-antistoffen worden aangetroffen in tankmelk of bij jongvee verplicht worden om de BVD-dragers op te sporen. De aanscherping is erop gericht dat Nederland op 1 januari 2026, of zo spoedig mogelijk, de Europese BVD-vrije status kan krijgen.

Een heel klein percentage voorkomt dat Nederland vrij wordt

BVD is een veelvoorkomende infectieziekte onder rundvee. Het virus kan de weerstand van een koppel koeien aantasten en leiden tot andere problemen met bijvoorbeeld uier- of klauwgezondheid. LTO Nederland, de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) en Stichting Brancheorganisatie Kalversector (SBK) werken al enkele jaren aan een vrijwillig bestrijdingsprogramma. Dat werkt goed, maar is niet voldoende om de vrije status te realiseren. “Met name in de kleinschalige vleesveehouderij gebeurt dat nog in onvoldoende mate. Een heel klein percentage voorkomt dat Nederland vrij wordt,” aldus Harm Holman (NSC).

In het sectorplan dat de kalversector recent presenteerde, wil de sector toewerken naar een BVD-vrije certificering. Holman is daar positief over, omdat dit volgens hem tot gevolg heeft dat de ondernemers geen kalveren meer kunnen importeren uit Ierland, Portugal en Oost-Europa.

Steviger aanpak IBR

De Kamer wil ook een stevigere aanpak om IBR-vrij te worden. Voor Infectieuze boviene rhinotracheïtis (IBR), koeiengriep, was jaren geleden een verplicht bestrijdingsprogramma, maar dat mislukte doordat een deel van de IBR-vaccins vervuild bleek, waardoor duizenden koeien ziek werden. Er loopt nu een vrijwillig bestrijdingsprogramma, maar daarmee wordt de IBR-vrije status niet gehaald. De Kamer wil nu dat er een wettelijke bestrijding komt van IBR voor alle rundvee- en vleesveebedrijven.

Verplichte bestrijding van IBR en BVD speelt al langer. Adema kondigde eerder al aan met verplichte bestrijding van IBR en BVD te komen. De ontwikkeling hiervan is complex vanwege de verschillen in belangen tussen sectoren, liet chief veterinary officer Wim Pelgrim dit voorjaar weten. Adema verwacht dat het voorstel voor de aanpak van IBR de komende maanden voorgelegd zal worden via een internetconsultatie. Voor BVD zijn de voorstellen in een minder vergevorderd stadium. “Het is dan wel aan mijn opvolger om daarmee verder te gaan,” aldus Adema.

Beheer
WP Admin